Het is dit jaar 70 jaar geleden dat de Wereldraad van Kerken werd opgericht in de Nieuwe Kerk te Amsterdam. Hiermee ontstond in 1948 een platform voor wereldwijde samenwerking tussen kerken.
De Wereldraad van Kerken heeft vanaf haar oprichting niet alleen bijgedragen aan samenwerking tussen kerken, maar zich ook ingezet voor vrede en recht. Een voorbeeld hiervan is de kritiek op de apartheidspolitiek van Zuid-Afrika, maar ook op het beleid van de staat Israël, waardoor er tussen de Wereldraad en de joodse gemeenschap in de loop der jaren regelmatig spanning ontstond.
Op donderdag 23 augustus, de dag van de oprichting in 1947, kwam de Wereldraad van Kerken in Amsterdam bijeen om het 70-jarig bestaan te vieren op de plek waar de Wereldraad ooit werd opgericht. De viering werd voorafgegaan door een Walk of Peace, die begon bij het gebouw van de Protestantse Kerk Amsterdam en eindigde bij de Nieuwe Kerk op de Dam.
Tijdens de wandeling liepen de deelnemers ook door de Jodenbreestraat. Bij de pilaar met de dichtregels van Jacob Israel de Haan stond een delegatie van het Overleg Joden, Christenen en Moslims (OJCM) die aan de deelnemers een verklaring uitdeelde over de band tussen Amsterdam en Jeruzalem.
In die verklaring wordt geconstateerd dat joden, christenen en moslims alle drie hun specifiek eigen verhalen hebben over Jeruzalem, maar dat men het verhaal van de ander niet kent. Daarom wordt opgeroepen om met elkaar in gesprek te gaan en om naar elkaar te luisteren. Tegelijkertijd klinkt er ook een waarschuwing: wie Jeruzalem claimt als zijn eigen stad en het verhaal van de ander niet kent, of niet wil kennen, draagt niet bij aan een vreedzame oplossing.
Lees hier de verklaring van het OJCM in het Engels.